Ontdek of aardappelen met uitlopers veilig zijn om te eten en hoe je uitlopers kunt voorkomen. Veilig bewaren en tips voor een langere versheid.
Aardappelen met uitlopers
Aardappelen met uitlopers zijn een bekend fenomeen. Veel mensen vragen zich af of ze deze aardappelen nog kunnen eten, en wat de gezondheidsrisico’s zijn. Wij zochten het uit en geven tips om uitlopers te voorkomen.
Hoe ontstaan uitlopers?
Uitlopers ontstaan vaak als aardappelen langere tijd liggen of onder ongunstige omstandigheden worden bewaard, zoals op een te warme plek. De aardappel gaat dan groeien en kleine worteltjes, de uitlopers, komen tevoorschijn. Vooral licht en warmte spelen hierbij een belangrijke rol. Hierdoor denkt de aardappel dat het tijd is om te gaan groeien en nieuwe planten te vormen.
Aardappelen met uitlopers eten?
Aardappelen met uitlopers kun je meestal nog eten, maar het is belangrijk om voorzichtig te zijn. De uitlopers zelf bevatten een natuurlijke gifstof, solanine, die de aardappel beschermt tegen schimmels en insecten. Solanine zit niet alleen in de uitlopers, maar ook in de schil en ontstaat door blootstelling aan licht. Deze stof is moeilijk af te breken en verdwijnt ook niet door koken. Als je te veel solanine binnenkrijgt, kan dit leiden tot klachten als buikpijn, diarree of zelfs koorts, maar daarvoor moet je grote hoeveelheden eten.
Wil je toch aardappelen met uitlopers eten? Snijd de uitlopers dan zorgvuldig weg. Zo voorkom je dat je te veel solanine binnenkrijgt. Zorg er ook voor dat je de plekken waar de uitlopers zaten, ruim weg snijdt. Hiermee verklein je de kans op klachten en blijft de aardappel veiliger om te eten.
Aardappelen
Waarom aardappelen zonder uitlopers beter zijn. Aardappelen die uitlopers hebben ontwikkeld, worden vaak taaier. De kwaliteit van de aardappel neemt af, en er is een lichte daling in het vitaminegehalte. Hoewel dit geen direct gevaar voor de gezondheid oplevert, zijn verse aardappelen zonder uitlopers qua smaak en voedingswaarde wel beter. Als je aardappelen met schil eet, is het bovendien aan te raden om voor verse aardappelen zonder uitlopers te kiezen. Zo ben je verzekerd van een goede smaak en een hogere voedingswaarde.
Uitlopers voorkomen
De beste manier om uitlopers te voorkomen, is door aardappelen goed te bewaren. Bewaar ze op een koele, donkere en droge plek, zoals een kelder of een kast die geen licht doorlaat. Idealiter ligt de temperatuur tussen de 2 en 10 graden Celsius. Een goed geventileerde ruimte helpt ook om schimmelgroei te voorkomen. Artikel gaat verder onder de nieuwsfoto.

Gebruik bij voorkeur een geperforeerde papieren zak, een net of een open mand voor het bewaren van aardappelen. Dit zorgt ervoor dat de aardappelen kunnen ademen en vermindert de kans op vochtophoping, wat schimmelvorming kan veroorzaken. Vochtige aardappelen kun je het best verwijderen, zodat ze de rest niet aantasten. Bewaar ze niet in de koelkast, omdat lage temperaturen zetmeel in suiker kunnen omzetten, wat de smaak en structuur van de aardappel beïnvloedt.
Kweken met uitlopers
Als je aardappelen met uitlopers liever niet meer eet, kun je ze nog altijd gebruiken voor het kweken van nieuwe aardappelen. Door de aardappel met uitlopers in de grond te planten, kun je een nieuwe aardappelplant laten groeien. Dit is een leuke en duurzame manier om de aardappelen toch nog nuttig te gebruiken en uiteindelijk nieuwe, verse aardappelen te oogsten.
De aardappel
Aardappelen met uitlopers zijn meestal veilig te eten als je de uitlopers goed wegsnijdt. De uitlopers zelf bevatten de stof solanine, die in grote hoeveelheden klachten kan veroorzaken. Voor een optimale smaak en voedingswaarde kun je echter beter verse aardappelen zonder uitlopers gebruiken. Door aardappelen op een koele, donkere en droge plek te bewaren, voorkom je dat er snel uitlopers ontstaan en geniet je langer van een goede kwaliteit. Of je nu kiest voor het kweken van aardappelen of simpelweg zorgt voor de juiste bewaaromstandigheden, het helpt om het beste uit je aardappelen te halen.